Eindsprint uit het Vondelpark (Part I)

Lieve hardloopschoen,

Je bent nog maar een paar maanden bij mij en ik weet wat jij denkt. Je vraagt het je telkens weer af. Ligt het aan mij? Ben ik niet goed genoeg? Schaamt ze zich voor mij? Niets is minder waar, het Vondelpark is een jaar geleden verboden terrein verklaart. Waarom wil je weten? Dat zal ik je vertellen.

Aan een festivals kun je verschillende dingen overhouden. Een zere buik van een ranzige hamburger, modder in je knieholtes of een verbrande neus als het zonniger was dan Piet Paulusma had beloofd. Aan een festival eind vorige zomer hield ik alle bovenstaande over, plus nog een extra souvenir: een date. Ik had een vent opgedoken die leuk was in de omgang, zijn zaakjes op orde leek te hebben en waar ik vreselijk hard om kon lachen. Kortom: ik ging voor goud. Na een week intensief whatsappen was het tijd om te kijken of we elkaar ook zonder de tussenkomst van zware beats, alcohol en smartphones zo gezellig vonden. Kortom: ik had een date in de pocket.

De date bleek een verrassingsconcert op het hoofdkantoor van een grote muziekproductent te zijn. Het idee was leuk, maar bleek ook zo lek als een mandje. Zijn plek op de gastenlijst was namelijk zonder de beloofde +1, waardoor ik zelf als een marktkoopman heb moeten lullen om er ook maar een voet over de drempel te mogen zetten. Eenmaal binnen verdwaalden we welgeteld vier keer, maar ik kon daar makkelijk mijzelf de schuld van geven aangezien ik zo onder de indruk was van zijn verhalen van alle zakenlunches met de talrijke celebrities die hij allemaal in dit gebouw had gehad.

Aangekomen in het zaaltje had ik nog steeds geen flauw benul welke artiest ging optreden, maar aan het aantal huisvrouwen, grijze mussen en pantoffeldiertjes waren de stevige muzikanten al van mijn lijstje gekrast. Mijn angst voor de ‘liedjeszinger’ groeide, een muziekgenre waarbij tranentrekkers over vermorzelde harten, dode cavia’s en gescheurde nagelriemen al mijn nekharen overeind doen staan. Voor ik mij daar al te druk om kon maken, werd mij een groot glas wijn in de hand geduwd, een iets te amicale arm om mijn schouder gedrapeerd en werd ik aan de lopende band voorgesteld met de steekwoorden ‘creatief’, ‘goede baan in de marketing’ en ‘mijn vriendin’.  

Nadat ik mij na deze introductie in de wijn had verslikt maar nog voordat ik snoeihard in de tegenaanval kon gaan, werd ik onderbroken door wat onmiskenbaar de stem van de zeer gevreesde liedjeszinger was. Heel even dacht ik de tijd te hebben om mijzelf te herpakken maar nog voordat het schaamrood weer van mijn kaken was verdwenen, laaide het weer razendsnel op toen ik een blik op Date wierp. Hij stond anderhalve meter bij mij vandaan in een innige omhelzing met zichzelf, waarbij hij met een melancholische blik en vochtige ogen met zichzelf stond te schuifelen. Door het donkere hoekje was slechts voor de helft van het publiek zichtbaar dat hij een emo-momentje beleefde en ik van schaamte bijna door de grond zakte. Ik werd opgeschrikt uit mijn speurtocht naar de nooduitgang door de geemotioneerde “Wat is het toch mooi he?”, die vergezeld door een dikke, zoute traan zo mijn linker gehoorgang in rolde. Omdat ik bang was dat hij een vluchtpoging van mijn kant en ik zijn gedrag voor de rest van het concert niet zou trekken, heb ik mij discreet een half uur op het toilet terug getrokken. Na een daverend, langaanhoudend applaus durfde ik eindelijk, met de diepe kringen in mijn billen, de ruimte weer binnen te lopen. Date was zo opgegaan in het concert en zijn emobui dat hij geen seconde had gemerkt dat ik de plees aan een grondige inspectie had onderlegd.

Eenmaal buiten begon volgens hem ‘het spel’ van de avond. Ik mocht kiezen waar we gingen eten en met veel bombarie, alsof ik een deelnemer was aan het Rad van Fortuin, mocht ik zeggen of we bij restaurant X of restaurant Y gingen eten. Omdat ik mij bij X en Y geen restaurants of keuken kon bedenken, alleen maar lettervermicelli in mijn oma’s groentesoep, koos ik zonder nadenken voor X. Het Rad van Fortuin barstte bijna uit elkaar van enthousiasme en feliciteerde mij met mijn uitstekende keuze terwijl hij op zijn fiets sprong en weg racete. Toen hij tien minuten later midden op de stoep van het duurste hotel van de stad stil hield, was dat niet zodat we onze tocht samen konden vervolgen, maar omdat we onze bestemming hadden bereikt. Een tikje onzeker liep ik naar binnen, omdat ik bij het betreden van een vijf sterren tent altijd het gevoel heb dat ik al mijn manieren vergeet zodra ik over de drempel stap. Dit bleek bij mij niet het geval te zijn, maar helaas wel bij mijn date.

Lieve hardloopschoen, de ontknoping van mijn date from hell en waarom ik met een grote boog om het Vondelpark heen ren vertel ik je morgen.

?

Tesja (editor Girls Love 2 Run)

Follow my blog with BloglovinFacebook Instagram & Twitter

Recent